3.5 We innoveren, zodat we ook in de toekomst onze zorg kunnen blijven organiseren

Doelstelling

We zullen in de toekomst met minder of een gelijk aantal medewerkers meer mensen van zorg moeten voorzien. Dit betekent dat we op zoek zijn naar andere vormen van zorgverlening om de zorg in de toekomst te kunnen blijven bieden. Alleen inzetten op het opleiden en vinden van meer personeel is daarin niet de oplossing. We moeten ook gaan nadenken over welke mogelijkheden er zijn om zorgmedewerkers te ondersteunen in hun werk, zodat de cliënten zorg kunnen blijven ontvangen.

Plan van aanpak

Door samen innovaties te implementeren delen we niet alleen kennis, draagvlak en kunde, maar kunnen we ook de lasten delen. Er zijn twee projecten die via transitiemiddelen worden gesteund in Zeeland.

Innovatieagenda (transitiemiddelen)

Het project innovatie agenda is gestart in 2024 en loopt in 2025 door. De deelnemende zorgorganisaties experimenteren samen en versterken daarmee hun innovatiekracht. Zij ontdekken (nieuwe) sociale en technologische innovaties, zetten deze samen met reeds bewezen innovaties in en weten in te schatten of deze binnen de GZ passend zijn en ingezet kunnen worden. Zij verspreiden hun kennis en dragen bij aan het verbeteren van de kwaliteit van zorg binnen de organisaties.

Resultaatafspraak: regionale 24-uurs zorg

In 2025 wordt het projectonderdeel Regionale 24-uurszorg voortgezet. In 2024 zijn plannen van eisen opgesteld, marktverkenningen gedaan, inspiratiesessies georganiseerd, plannen van aanpak opgesteld voor de 3 pilots en is kennis en ervaring gedeeld met andere partijen. Bij de start van het project is vertraging opgelopen. Een deel van de geplande activiteiten zijn niet uitgevoerd.

In 2025 wordt uitvoering gegeven aan de pilots. Deze zijn drieledig:

Doelgroep beademingszorg Gors;
Samenwerking in de nacht binnen Gors en Tragel;
24-uurs monitoring in de wijk binnen Tragel.

Resultaatafspraak: opschalen en verbreden

De inhoud, doelstellingen en resultaten van de pilots zijn uitgewerkt in een plan van aanpak. In de 3 pilots zal met name aandacht zijn voor verbreden, opschalen en overdraagbaarheid van kennis en ervaring naar de andere organisaties uit de regio. Daarom worden zoveel mogelijk verschillende doelgroepen in de pilots betrokken.
In de pilots wordt bepaald wat per doelgroep een ideale invulling van monitoring, domotica en aansturing van zorgpersoneel is. Als referentie voor de doelgroepen wordt gewerkt met het ‘woonlabelboek’ van Zuidwester. Dit zal worden uitgebreid met eisen en voorwaarden voor de inzet van monitoring en domotica. Elke organisatie in de regio kan hiermee vervolgens een eigen implementatie bepalen en toepassen.

Resultaatafspraak: regionale visie en toepasbaarheid

Om de beweging naar samen leren en samen ontwikkelen te kunnen maken, wordt een gezamenlijke en regionale visie op 24-uurs zorg geformuleerd. Ook wordt er een innovatieagenda voor de komende jaren ontwikkeld en een lerend netwerk gevormd van innovatiemedewerkers/-coaches. Naast de 3 pilots wordt gewerkt aan: een aangepast woonlabelboek, generieke ontwerpen van het domoticaplatform (genaamd CLB), aanpak en mogelijkheden voor een mantelovereenkomst, dienstverleningsovereenkomsten, inkoopafspraken en businesscases. Veel meer dan nu het geval is in het project komt er aandacht voor kennisdeling in de vorm van nieuwsbrieven, regionale bijeenkomsten en een symposium.

Inzet van informele zorg (transitiemiddelen)

Voor de huidige en toekomstige zorgvraag zijn er te weinig medewerkers om de zorg te kunnen bieden van het niveau dat de afgelopen tijd ‘maatschappelijk aanvaard’ is geworden. Om optimale zorg en ondersteuning te kunnen blijven bieden bij een stijgende vraag naar langdurige zorg, is het nodig anders te zorgen: in een meer gelijkwaardige samenwerking tussen naasten, vrijwilligers en beroepskrachten.

Dit project richt zich op de gelijkwaardige samenwerking met het netwerk van de cliënt, dus tussen de formele en informele zorg. Dit wordt ook wel sociale innovatie genoemd. We onderzoeken hoe we de relatie tussen cliënten, naasten, vrijwilligers en beroepskrachten kunnen herijken om – ook bij oplopende personeelstekorten – optimale zorg en ondersteuning te bieden aan hulpvragers in de langdurige zorg. De dialoogsessies onder leiding van Significant zijn afgerond. De bouwstenen voor de plannen van aanpak binnen Gors en Tragel zijn hiermee bekend. 2025 staat in het teken van regionale verbreding, regionale kennisdeling en implementatie.

Resultaatafspraak: regionale kernboodschap en uitgangspunten

Doelstellingen voor 2025 zijn:

Eind Q1 2025 zijn het visietraject en de plannen van aanpak gereed;
Door het visietraject en de dialoogsessies worden de begrippen Informele zorg en sociale innovatie regionaal geladen. Dit wordt uitgewerkt in een regionale kernboodschap met regionale uitgangspunten;
Op basis van het visietraject en de dialoogsessies wordt in Q1 een plan van aanpak opgesteld voor Gors en Tragel. Omdat veel medewerkers vanuit verschillende afdelingen en settingen deelnemen aan dialoogsessies, zijn de uitkomsten breder en dus regionaal toepasbaar. Er wordt een format van een plan van aanpak ontwikkeld. Op basis van de plannen van Gors en Tragel kan elke organisatie zijn of haar eigen plan van aanpak opstellen;
Er worden in de organisaties verschillende aanpakken en methodieken gebruikt om sociale innovatie vorm te geven. Regionaal wordt geïnventariseerd en inzichtelijk gemaakt wat de verschillende aanpakken en methodieken zijn. Dit wordt gebundeld in een toolbox. Daar komt dan bijvoorbeeld ook het hierboven genoemde format voor het plan van aanpak in.

Resultaatafspraak: lerend netwerk

In 2025 start een lerend netwerk van medewerkers/projectleiders die er in de verschillende organisaties mee aan het werk zijn. Dit lerend netwerk wordt waarschijnlijk breder dan alleen de projectleiders.
In 2025 wordt een voorstel uitgewerkt hoe gezamenlijke scholing en ontwikkeling van medewerkers eruit kan zien. Hierbij zien we scholing als een breed scala aan interventies die we kunnen gebruiken om betrokkenen te ontwikkelen op dit thema, zoals het leren werken met de onderdelen uit de toolbox, coaching op de werkplek, ervaringen uitwisselen, intervisiebijeenkomsten.
Ook richting de naasten maken de organisaties dezelfde beweging. In 2025 wordt een voorstel uitgewerkt hoe communicatie, informatie en scholing richting verwanten meer in gezamenlijkheid kan worden gedaan. Aanpakken en materialen hiervoor kunnen ook weer onderdeel van de toolkit worden.

Vervoer

Vervoer van en naar de dagbesteding is al een jarenlang aandachtspunt voor de regio Zeeland. Doordat de regio wijdverspreid is, zijn er grote afstanden om te overbruggen. Dat resulteert in hoge vervoerskosten. De regio Zeeland heeft de hoogste vervoerskosten van alle CZ zorgkantoorregio’s. En dat terwijl zorgaanbieders vaker aangeven niet uit te komen met de huidige vergoedingen.

Resultaatafspraak: innovatief vervoeren

Tijdens de regiobijeenkomst is vervoer als één van de belangrijkste samenwerkthema’s aangemerkt. Het vervoer in Zeeland moet zuiniger. We willen de regiotafel oproepen om voor het thema vervoer ook een innovatieplan op te stellen.